Enkele praktische begrippen en hulpmiddelen
Het komt steeds vaker voor dat nalatenschappen een internationaal aspect hebben.
Reizen, expatriëring, ontmoetingen van de overledene, … Er zijn vele redenen om een roerend of onroerend goed te erven dat zich in het buitenland bevindt.
Voor dit soort situaties gelden internationale regels, maar wat betekent dit in de praktijk en vooral wat dient er in zo’n geval te gebeuren?
- Bepalen welke staat bevoegd is voor het behandelen van de nalatenschap
De Europese erfrechtverordening van 4 juli 2012 bepaalt dat de autoriteiten (notaris, rechtbanken, administratieve autoriteiten, …) van het land waar de overledene zijn laatste gewone verblijfplaats had, bevoegd zijn om de nalatenschap te behandelen.
De gewone verblijfplaats is een feitelijk begrip dat moet worden uitgelegd als de plaats waar zich de belangen, het gezin en het sociale leven van de betrokkene bevinden.
- Bepalen van het toepasselijk recht
Sinds de inwerkingtreding van de erfrechtverordening kan de overledene kiezen welk recht op zijn of haar nalatenschap van toepassing is (d.w.z. het recht van de staat waarvan hij of zij op het tijdstip van de keuze of op het tijdstip van overlijden onderdaan is). Bij gebreke van een keuze is het recht van het land waar de overledene zijn laatste gewone verblijfplaats had, van toepassing op de gehele nalatenschap, tenzij de overledene nauwere banden had met een ander land.
- Voldoen aan zijn fiscale verplichtingen
De Europese erfrechtverordening bepaalt niet welk belastingregime op de nalatenschap van toepassing is. Daarom moet worden nagegaan welk belastingregime in de verschillende staten van toepassing is op de nalatenschap van de overledene.
Als de overledene in België woonde of als hij/zij onroerende goederen in België nalaat, moet binnen de 4 maanden na het overlijden (5 maanden als het overlijden in een ander Europees land plaatsvond en 6 maanden in geval van een overlijden buiten Europa) een aangifte van nalatenschap worden ingediend met alle goederen van de nalatenschap (met inbegrip van in het buitenland gelegen goederen). Met dit document kan de belastingdienst de successierechten berekenen. Deze indiening is in beginsel verplicht, tenzij de nalatenschap geen onroerende goederen omvat of indien in de nalatenschap geen successierechten verschuldigd zijn.
Bovendien zal, ongeacht het recht dat op de nalatenschap van toepassing is, indien de overledene in België woonde, belasting verschuldigd zijn op alle goederen die deel uitmaken van zijn nalatenschap, ongeacht waar deze goederen zich bevinden.
Het is derhalve mogelijk dat de activa dubbel worden belast, dit wil zeggen in België en in het buitenland, bijvoorbeeld in het land waar de activa zich bevinden of in het land van nationaliteit van de Belgische ingezetene.
In het geval van onroerend goed voorziet de wet echter in een vermindering van de successierechten tot het bedrag van de belasting die is betaald in het land waar het onroerend goed is gelegen. De bevoegde buitenlandse autoriteit moet daar echter uitdrukkelijk om verzoeken en een bewijs van betaling overleggen.
Er zij op gewezen dat er ook bepaalde verdragen ter voorkoming van dubbele belasting zijn die het mogelijk maken dubbele betaling te vermijden. Dit is bijvoorbeeld het geval tussen Frankrijk en België.
- Verdeling van de nalatenschap onder de erfgenamen
Indien het Belgische recht van toepassing is, zal de nalatenschap worden vastgesteld waaruit de aandelen van de erfgenamen zullen worden bepaald door rekening te houden met alle op het moment van overlijden bestaande goederen (met inbegrip van goederen in het buitenland), eventuele schenkingen en door aftrek van eventuele schulden. De goederen worden dan verdeeld onder de erfgenamen (die eventueel in het buitenland moesten worden opgespoord) overeenkomstig een eventueel testament of het op de nalatenschap toepasselijke recht.
Aarzel niet om advies in te winnen bij FLINN om dergelijke problemen te voorkomen en/of de rechten van uw erfgenamen te optimaliseren.
Share us!